276 Lesje framing: wij zijn geen kleuterklasje

Vanmorgen hoorde ik op Radio 1 een gesprek langskomen over framing. Een artikel in Trouw zou dat op eenvoudige wijze uitleggen. Hoe je het niet moet doen en wat je wél kunt doen. Het ging over Schoof die zei: dit kabinet is géén kleuterklasje! Waardoor het natuurlijk juist blijft hangen, dat het dus wél een kleuterklasje is. Allemaal wel bekend natuurlijk. Zie hieronder de samenvatting van het stukje dat ik opgesnord heb. Maar, zoals ik hier al vaker heb beweerd, het gaat niet alleen om dat fenomeen van framing (dat van alle tijden is) maar over de diepere dynamiek waar je onvermijdelijk in terecht komt. Je gaat je wapenen tegen framen, je gaat contra-framen. En zo kom je steeds minder aan de inhoud toe, je zult wel moeten.

Kun je een systemische visie op framing geven? We zitten in een soort val. De radio en tv moeten een spannend debat hebben anders haken kijkers af. Dus een genuanceerd iemand die netjes uitlegt is niet interessant want geen actie. Dus wordt framing en one-liners afgedwongen. Dus politici gaan zich hier tegen wapenen. En vertellen telkens zelfde verhaaltje in datzelfde format. Een complex onderwerp (geldsysteem, pensioen, box 3, grondwaarde) krijgt geen tijd meer om te worden uitgelegd met enige rust. En mensen die goed zijn in framen die hebben een voorsprong los van hun inhoud. Ondertussen gaat het wel om grote belangen die voor iedereen impact hebben op enig moment.

Overigens vond ik het gesprek op Radio 1 (Spraakmakers), die precies langs deze lijnen verliep, een mooi voorbeeld van schaarse momenten dat het toch goed aan de orde kan komen. Hulde daarvoor.


Ja, dit raakt precies de systemische dynamiek van framing. Ik zal het voor je uitwerken in lagen, zodat de logica zichtbaar wordt:


1. De mediadynamiek als systeem

  • Prikkelstructuur media: Radio en tv (en online platforms) zijn afhankelijk van kijkcijfers, clicks en aandacht. Dat betekent: spanning, conflict, actie → niet nuance.
  • Selectiedruk: Politici die genuanceerd praten, zakken weg. Politici die een scherpe one-liner brengen, worden herhaald en krijgen meer zendtijd.

👉 Het systeem beloont dus framing, niet uitleg.


2. Politiek als aanpassend subsysteem

  • Politici passen zich aan om te overleven. Ze weten dat hun boodschap zonder frame geen kans maakt in het mediadomein.
  • Daarom ontwikkelen ze vooraf klaargemaakte verhaaltjes (talking points, soundbites).
  • Path dependency: wie eenmaal bekend staat als ‘goede framer’ krijgt blijvend voordeel (herhaling, herkenbaarheid).
  • Complexe onderwerpen verliezen → framing dwingt simplificatie.

👉 Politici internaliseren de logica van media, framing wordt standaardgedrag.


3. Gevolgen voor inhoud & democratie

  • Inhoudsverlies: Moeilijke kwesties (pensioen, klimaat, zorgstelsel) krijgen geen ruimte voor uitleg → simplistische tegenstellingen domineren.
  • Vertrouwenscrisis: Burgers merken dat het gesprek meer over verpakking dan inhoud gaat → gevoel van onoprechtheid, “toneelspel”.
  • Ongelijke kansen: Politici met mediaskills krijgen meer macht dan inhoudelijk sterke, maar communicatief zwakkere mensen.
  • Korte termijn: Frames richten zich op het hier en nu; structurele en langetermijnproblemen (klimaat, vergrijzing, grondpolitiek) worden naar de achtergrond gedrukt.

👉 De kwaliteit van de besluitvorming verschuift van inhoud naar imago en retoriek.


4. Systemische val

  • Media → vragen spanning → belonen frames.
  • Politici → passen zich aan → gaan framen.
  • Burgers → krijgen herhaalde simpele frames → nemen die voor waar aan.
  • Inhoudelijke nuance → verdwijnt uit het debat → versterkt de framing-dynamiek.

Dit is een feedbacklus:

  • Hoe meer framing, hoe minder ruimte voor nuance.
  • Hoe minder nuance, hoe sterker framing nodig is om gehoord te worden.

5. Brede impact

  • Grote maatschappelijke belangen (klimaat, zorg, wonen, pensioenen) worden gevangen in slogans.
  • Besluitvorming verschuift richting populariteit in plaats van effectiviteit.
  • Uiteindelijk tast dit de legitimiteit van de democratie aan: mensen herkennen hun complexe werkelijkheid niet meer in het politieke debat.

6. Mogelijke uitwegen

  • Institutionele correcties: Langeformaatsjournalistiek, burgerpanels, podcasts, publieke educatie die wel ruimte geeft aan nuance.
  • Nieuwe prikkelstructuur: Platforms of media die niet clicks belonen, maar verdieping (bijv. De Correspondent, Armin Wolf in Oostenrijk).
  • Re-framing: Frames gebruiken om nuance toch in de spotlight te krijgen (zoals De Bruijn beschrijft: “ondubbelzinnig → genuanceerd”).
  • Bewustwording: Burgers leren herkennen hoe frames werken (mediawijsheid).

Kortom: framing is geen los trucje van slimme politici, maar een systemische uitkomst van de manier waarop media, politiek en publiek in elkaar grijpen. Zolang de onderliggende prikkelstructuur niet verandert, blijven inhoud en nuance structureel op achterstand.


Samenvatting

In aanloop naar de verkiezingen legt bestuurskundige Hans de Bruijn uit hoe framing werkt in de politiek. Framing betekent dat door bepaalde woorden of beelden de interpretatie van de werkelijkheid wordt gestuurd. Voorbeelden zijn VVD’s “vandalen gaan betalen”, SP’s “de zorg is geen markt”, of Wilders’ boodschappen-frame.

Kenmerken van een frame:

  1. Het blijft hangen door een oneliner of beeld.
  2. Het roept intuïtieve instemming op (“natuurlijk moeten vandalen betalen”).
  3. Het creëert een ‘politieke schurk’ die tegen het logische standpunt ingaat.
  4. Herhaling versterkt het illusory truth-effect: vaak gehoord wordt ervaren als waar.

Risico’s: Wie een frame ontkent, bevestigt het juist. Als Schoof zegt “het kabinet is géén kleuterklas”, herhaalt hij onbedoeld het frame van de SP. Ook leidt een eenvoudig frame vaak tot een complex en kwetsbaar tegenverhaal (zoals Timmermans tegenover Wilders).

Wat te doen? Re-framen. Bontenbal is niet “onduidelijk”, maar “genuanceerd”. Je kunt de framing van de tegenstander expliciet ontmaskeren en de tegenstelling doorbreken.

Links versus rechts: beide kampen gebruiken framing. Wat de een ziet als simplistisch frame, ziet de ander als de kern van zijn overtuiging (bijvoorbeeld “de zorg is geen markt” of “vandalen gaan betalen”). De grens tussen inhoud en frame is moeilijk te trekken.

Moraal: Framing is fout als het gebaseerd is op leugens. Toch kan er ook een morele plicht tot framing bestaan, zoals bij de klimaatcrisis. Alarmistische taal kan averechts werken (“hell doesn’t sell”), dus effectieve framing kan juist nodig zijn om mensen te mobiliseren.


Bronvermelding

De Bruijn, H. (2025, 14 september). ‘Het kabinet is géén kleuterklas’: wie een frame ontkent, bevestigt het. Trouw.

Previous Post
@media print { /* Verberg alle ongewenste onderdelen */ header, .site-header, nav, .main-navigation, .sidebar, .site-sidebar, aside, footer, .site-footer, .widget-area, .breadcrumbs, .post-meta, .related-posts, .comments-area, .print-hide { display: none !important; height: 0 !important; margin: 0 !important; padding: 0 !important; overflow: hidden !important; } /* Verberg ook bepaalde vaste*