
134 Meet Roy Baumeister
Ik verwijs regelmatig naar enkele bronnen of boeken waar ik de afgelopen jaren kennis mee heb gemaakt. Wel zo netjes om dan af en toe wat aandacht aan de auteur en zijn werk te geven. Ook voor mezelf een opfrisser, de gedachten zijn blijven hangen maar hoe het precies zat weet ik lang niet altijd meer. Daarbij ook de disclaimer dat ik het niet per se eens ben met die bron of auteur, dat ik me vrij voel het als haakje te gebruiken voor eigen reflectie en dat ik altijd op zoek ben naar andere invalshoeken of juist contraire posities.
Roy Baumeister. Maak een profiel, wie is deze man? Wat is de kern van zijn boek over het verschil tussen mannen en vrouwen, gelijkwaardig maar verschillend. Hoe zijn de reacties op zijn boek geweest, ik meen me te herinneren dat hij in zijn voorwoord ook lang heeft getwijfeld of hij dit boek moest schrijven, dat er inderdaad nogal wat over hem heen in gekomen. Wat verklaart deze hoos aan (vijandige) reacties? En tenslotte: waar staat Baumeister in het landschap van theorieën en inzichten over man-vrouw verhoudingen? En waar zitten de zwakke punten in zijn betoog?
Profiel van Roy Baumeister
Roy F. Baumeister (°1953) is een Amerikaanse sociaal psycholoog die wereldwijd bekend staat om zijn onderzoek naar zelfbeheersing, wilskracht, het zelfbeeld, betekenisgeving en de menselijke natuur. Hij heeft honderden wetenschappelijke artikelen gepubliceerd en tientallen boeken geschreven, waaronder invloedrijke titels als Willpower (met John Tierney) en The Cultural Animal. Lange tijd was hij professor aan de Florida State University en later verbonden aan universiteiten in Duitsland en Australië.
Zijn boek over mannen en vrouwen: Is There Anything Good About Men? (2010)
Kernboodschap:
Baumeister stelt in dit boek dat mannen en vrouwen gelijkwaardig zijn, maar verschillend functioneren binnen de samenleving. Hij stelt dat veel publieke discussies over gender ongelijkheid zich te eenzijdig richten op de achterstelling van vrouwen, terwijl zij voorbijgaan aan de offers, risico’s en ‘wegwerpfunctie’ van mannen in de evolutionaire en culturele ontwikkeling.
Belangrijkste punten uit het boek:
- Mannen als expendable (wegwerpbaar):
Vanuit evolutionair perspectief zijn mannen “disposable”. Vrouwen zijn noodzakelijk voor het voortbestaan van de soort (elk mens komt uit een vrouw), maar de maatschappij kan het zich veroorloven mannen op te offeren in oorlog, gevaarlijke arbeid of sociale experimenten. - Variabiliteit en selectie:
Mannen hebben meer variatie in prestaties dan vrouwen — meer uitschieters aan zowel de boven- als onderkant (meer genieën, maar ook meer daklozen of criminelen). Dit heeft gevolgen voor bijvoorbeeld leiderschap, innovatie en uitsluiting. - Civiele beschaving als vrouwvriendelijk project:
Hij betoogt dat samenlevingen zich zo ontwikkelen dat ze vrouwen beschermen en hen voorzien van een zekere basisveiligheid. Tegelijkertijd wordt van mannen vaak verwacht dat zij zich bewijzen om toegang te krijgen tot status en partnerschap. - Culturele evolutie en selectie op nut:
Culturen ‘gebruiken’ mensen zoals de natuur genen gebruikt: ze selecteren op nut. Mannen zijn historisch vaker gebruikt als instrumenten voor cultuurvernieuwing, deels omdat ze meer risico nemen, en deels omdat de inzet (overleven of falen) minder rampzalig is voor de soort.
Voorwoord en controverse
In het voorwoord van het boek geeft Baumeister toe dat hij lang heeft getwijfeld of hij het boek überhaupt moest schrijven. Hij verwachtte (terecht) veel kritiek, vooral omdat het afwijkt van de heersende publieke en academische discours rond gendergelijkheid. En inderdaad, het boek kreeg kritiek vanuit feministische hoek en sommige recensenten beschuldigden hem van seksisme, het bagatelliseren van vrouwelijke achterstelling, of biologisering van cultuurverschillen.
Waarom zoveel vijandige reacties?
- Tegen de stroom in: Baumeister wijkt af van het dominante progressieve discours dat ongelijkheid verklaart vanuit sociale constructen zoals discriminatie of patriarchaat.
- Biologisch en evolutionair denken: Veel van zijn argumenten zijn gebaseerd op biologische en evolutionaire psychologie, iets wat al snel verdacht wordt gevonden als het gaat om sociaal-ongelijke uitkomsten.
- Verschil versus gelijkheid: In een tijd waarin ‘gelijke behandeling’ vaak gelijkgesteld wordt aan ‘gelijkheid in uitkomst’, schuurt zijn nadruk op verschillen tussen mannen en vrouwen, zelfs al bedoelt hij het niet hiërarchisch.
- Emotioneel beladen thema: Geslacht, rollen en rechtvaardigheid zijn gevoelig. Elke suggestie dat mannen het ‘ook zwaar hebben’ wordt soms gezien als victim blaming of afleiding van de strijd voor vrouwenrechten.
Waar staat Baumeister in het veld van man-vrouw-theorieën?
Hij is een outsider in het dominante discours rond gender, dat vaak sociologisch, constructivistisch of intersectioneel van aard is. In plaats daarvan bevindt hij zich:
- In de buurt van evolutionaire psychologen zoals David Buss en Steven Pinker.
- Afgezet tegen sociaal-constructivistische stromingen zoals Judith Butler, die gender vooral als cultureel bepaald beschouwen.
- Verwant aan denkers die systemisch denken combineren met individuele psychologische mechanismen, zoals Jordan Peterson of Camille Paglia — ook al verschillen ze in stijl en filosofie.
Slot
Baumeister is geen polemist maar een empirisch georiënteerde denker die ongemakkelijke waarheden durft aan te raken. Zijn werk over de mannelijke ‘wegwerpbaarheid’ is niet bedoeld als klacht, maar als analyse van de evolutionaire en culturele dynamieken die tot ongelijkheden leiden — zowel ten voordele van vrouwen als ten koste van mannen. In het gepolariseerde debat over gender is dat een moeilijk te verkopen boodschap, maar een die wel degelijk bijdraagt aan een completer begrip.
Wat zijn de zwakke punten in zijn betoog?
Baumeister’s Is There Anything Good About Men? is prikkelend en origineel, maar kent ook zwakke punten die door critici terecht worden aangewezen. Hier zijn de belangrijkste kritiekpunten waarbij zijn tegenstanders wel degelijk een punt hebben:
1. Selectief gebruik van evolutionaire psychologie
Kritiekpunt: Baumeister leunt zwaar op evolutionaire verklaringen voor maatschappelijke fenomenen zonder altijd overtuigend empirisch bewijs. Hij gebruikt concepten als ‘mannen zijn expendable’ of ‘vrouwen zijn het selectieve geslacht’ als verklaringsmodellen, maar deze zijn vaak gebaseerd op hypothetische aannames of populatiestatistieken, niet op harde causale data.
Waarom dit een punt is:
Evolutionaire psychologie is een krachtig maar ook speculatief vakgebied. Veel van zijn aannames zijn moeilijk falsifieerbaar en negeren culturele variatie. Ook verandert cultuur veel sneller dan evolutie — dat spanningsveld wordt onvoldoende erkend.
2. Generaliserende en binaire toon
Kritiekpunt: Baumeister schrijft over ‘mannen’ en ‘vrouwen’ alsof het homogene groepen zijn. Hij maakt zelden onderscheid tussen klasse, etniciteit, seksuele oriëntatie of culturele context. Dat maakt het boek vatbaar voor overgeneralisatie.
Waarom dit een punt is:
De realiteit is intersectioneel: een rijke, witte man in New York leeft in een andere wereld dan een arme zwarte vrouw in Alabama. Zonder die nuance ontstaat een schets waarin ‘mannen’ het slecht hebben en ‘vrouwen’ beschermd worden – terwijl dat niet voor iedereen geldt.
3. Vermijden van structurele machtskritiek
Kritiekpunt: Baumeister besteedt relatief weinig aandacht aan reële institutionele en historische machtsstructuren die vrouwen wél hebben achtergesteld (kiesrecht, loon, toegang tot onderwijs, reproductieve autonomie).
Waarom dit een punt is:
Zijn betoog zou sterker zijn geweest als hij de ongelijkheden aan beide kanten eerlijk had benoemd. Nu ontstaat soms de indruk dat hij vrouwenvoordeel systematisch benadrukt, maar mannelijke privileges (zoals politieke dominantie) minimaliseert.
4. Impliciete normativiteit (‘zo is het nu eenmaal’)
Kritiekpunt: Hoewel hij het boek als descriptief presenteert, bevatten veel passages normatieve ondertonen die suggereren dat de huidige of historische rolverdeling logisch of acceptabel is (“mannen moeten zich nou eenmaal bewijzen”, “mannen zijn het risicozoekende geslacht”).
Waarom dit een punt is:
Zodra evolutionaire of culturele uitkomsten als ‘natuurlijk’ worden voorgesteld, ligt rechtvaardiging op de loer. Veel lezers lazen het als een verdediging van ongelijkheid, ook al beweert Baumeister dat hij geen ideologisch punt wil maken.
5. Gebrek aan praktische of toekomstgerichte reflectie
Kritiekpunt: Het boek eindigt zonder heldere aanbevelingen voor hoe we met deze inzichten om zouden moeten gaan. Wat moeten we doen met de kennis dat mannen ‘meer variatie’ vertonen, of dat vrouwen beter beschermd worden?
Waarom dit een punt is:
Een sociopsychologisch boek over ongelijkheid zonder handelingsperspectief blijft hangen in analyse of, erger, in fatalisme.
Samenvattend
Baumeister stelt terechte vragen over vergeten ongelijkheden aan de mannelijke kant van het spectrum. Maar zijn boek lijdt onder selectieve onderbouwing, eenzijdige accenten, en gebrek aan nuance. Zijn tegenstanders hebben een punt wanneer ze hem verwijten dat hij structurele ongelijkheid veronachtzaamt, indirect normatief is, en evolutionaire verschillen verheft tot verklarende alleskunners.