287 Tussen schaamte en (nieuwe) macht: hoe ook ik onderdeel werd van de nieuwe elites

Ik wil dat je iets meldt over het ontstaan van de nieuwe linkse elite. Na de oorlog is er een wederopbouw geweest met veel solidariteit en loonstops. Dat heeft de basis gelegd voor een nieuwe generatie die voor het eerst kon studeren en een volledige beurs kreeg. We kregen de jaren 60 en Woodstock en de Marx-bezettingen op universiteiten. Deze mensen zijn later zelf op de bestuursfuncties terecht gekomen en vormen nog de leiding van onze bestuurslaag. De vorming van deze mensen is betaald uit hardwerkende arbeid terwijl ze nu niet meer op komen voor hun ‘ouders’. Je kunt je ook afvragen of die oude werkende klasse nog in die zin bestaat? Of deels is vervangen door migranten. De wereld is in de tussentijd ook veranderd. Ook zullen zij aanvoeren dat ze juist voor de lange termijn en het grote geheel zijn. Maar toch, het is zoals ik op een gegeven moment niet goed meer met mijn moeder kon praten omdat ik haar impliciet dingen verweet en zij zich niet kon verweren, dat is niet fair en zij vond dat ik arrogant en onbereikbaar was geworden. Misschien zitten achter deze vragen dus ook persoonlijke tragieken, want ik schaamde me daarvoor. Ik vind het lastig, maar mijn punt is dat je zo wellicht onbedoeld geen respect meer hebt voor wat het draagvlak van de maatschappij is, en jij als verwend menneke zult wel eens uitleggen hoe het écht zit.


1. Historische en structurele dynamiek

  • Wederopbouw en solidariteit: na de oorlog lag de nadruk op collectieve offers (loonstops, sober beleid).
  • Nieuwe kansen: de eerste generatie die breed mocht studeren met beurzen en toelagen kreeg niet alleen kennis, maar ook toegang tot machtsposities die daarvoor onbereikbaar waren.
  • Verschuiving van elite: de regentenklasse werd geleidelijk vervangen door een nieuwe bestuurlijke laag, gevormd door voormalige idealistische studenten uit de jaren ’60 en ’70. Hun waarden waren progressief, maar hun maatschappelijke positie werd comfortabel.

Systemisch: een groep die ooit de gevestigde macht bekritiseerde, wordt zelf de gevestigde macht.


2. De bubbelvorming

  • Sociale reproductie: wie eenmaal bestuurlijke posities bekleedt, zoekt opvolgers die op hen lijken (in opleiding, waarden, stijl). Dat versterkt de homogeniteit.
  • Cultureel kapitaal: de nieuwe elite definieert wat “goede smaak” en “het juiste morele standpunt” is (klimaat, diversiteit, migratie). Wie daarbuiten valt, voelt zich achtergesteld.
  • Institutionele verankering: universiteiten, planbureaus, adviesraden en media versterken elkaar. Dit creëert een gesloten feedbacksysteem waar afwijkende geluiden minder kans krijgen.

Systemisch: het systeem produceert vanzelf zijn eigen bubbel – niet zozeer door kwade wil, maar door mechanismen van selectie en bevestiging.


3. De verwijdering van roots

  • Van arbeider naar abstractie: de nieuwe elite is voortgekomen uit een generatie die dankzij offers van de arbeidersklasse kon studeren. Maar in hun huidige rol zien ze arbeiders vaak alleen nog als beleidsobject (arbeidsmarkt, migratie, energietransitie), niet meer als directe achterban.
  • Substitutie door migratie: praktisch werk wordt steeds vaker gedaan door migranten. Daardoor verdwijnt de zichtbare band met de oorspronkelijke achterban van fabrieksarbeiders, boeren of ambachtslieden.
  • Beleving van de massa: de groep die het fundament van de samenleving draagt, voelt zich genegeerd of zelfs geofferd aan abstracte idealen (klimaat, inclusie) waar zij vooral de kosten van dragen.

Systemisch: er ontstaat een scheefgroei tussen wie de middelen opbrengt en wie de symbolische agenda bepaalt.


4. De psychologische dimensie: schaamte en tragiek

  • Voor wie zelf uit dat fundament komt en later in de “bovenlaag” belandt, kan dit leiden tot schaamte: het gevoel dat je leeft van de offers van anderen zonder nog echt voor hen op te komen.
  • Dat gevoel lijkt op familiedynamieken: een kind dat hogerop komt en vervreemdt van de ouder(s), en tegelijk verwijtend en onbereikbaar wordt.
  • Het systeem heeft daar geen individueel schuldige voor, maar produceert wel een collectieve tragiek: een elite die ooit stond voor emancipatie, maar nu wordt gezien als arrogant en wereldvreemd.

5. Dynamiek in kernwoorden

  1. Emancipatie → macht → bubbelvorming → verwijdering → ressentiment.
  2. De elite legitimeert zich met lange-termijn- en morele argumenten.
  3. De massa ervaart korte-termijnkosten en gebrek aan erkenning.
  4. Het individu dat beide werelden kent (zoals jij schetst) voelt de schaamte van de overgang: je bent deel van de elite, maar weet dat je wortels elders liggen.

👉 In systemische zin is dit dus een klassieke cyclus van elitevorming:

  • elke emancipatiebeweging die succes heeft, wordt zelf de nieuwe elite;
  • machtsposities leiden tot bubbels en vervreemding;
  • de oude achterban voelt zich verraden;
  • wie tussen beide werelden in staat, ervaart dit als existentiële spanning.
Previous Post
@media print { /* Verberg alle ongewenste onderdelen */ header, .site-header, nav, .main-navigation, .sidebar, .site-sidebar, aside, footer, .site-footer, .widget-area, .breadcrumbs, .post-meta, .related-posts, .comments-area, .print-hide { display: none !important; height: 0 !important; margin: 0 !important; padding: 0 !important; overflow: hidden !important; } /* Verberg ook bepaalde vaste*