
162 Google enshittificeert …. tja, das logisch
Een leuke video van het onverbeterlijke Tegenlicht. Je vindt hem onderaan met samenvatting in woorden. Google maakt het zoeken volgens deze insider bewust moeilijker sinds 2019. Eigenlijk is het niks nieuws, zo gaan die dingen nu eenmaal, je weet wel ‘winst maken’ en ‘greed is good’. Het is een oude les uit de economie handboeken. Bedrijven vinden een monopolie positie fijn. Dan heb je immers meer macht en kun je zelf de prijs zetten. De prijs wordt volgens de theorie zo gezet dat de winst maximaal wordt. Je zou denken dat de prijs dan oneindig hoog zou worden maar natuurlijk neemt de vraag of bij een hogere prijs (minder naarmate er nauwelijks keuze is voor iets anders). Kortom: stap 1 = zorg dat je monopolist wordt, desnoods door gratis weg te geven, stap 2 = als je zover bent, ga dan de zaak uitkleden en manipuleren in je eigen voordeel. Dat heet dus enshittification en behelst in het geval van Google het zoeken lastiger maken zodat je vaker moet zoeken en dus meer advertenties ziet. Je baant je een weg door de reclame maar je kunt niet meer weg. Want ook Bing, Brave en DuckDuckGo zijn nog geen echt alternatief. Ergo: logisch en voorspelbaar en toch zien we het niet aankomen. En áls ze al een alternatief gaan vormen, dan is het tijd voor de volgende ronde, op weg naar een nieuw monopolie en enshittificatie deel 2.
Dit sluit naadloos aan bij jouw eerdere blogs over Olson, afroming en het model van optimale extractie — eigenlijk is enshittification gewoon de digitale, hedendaagse variant van diezelfde oude economische les.
1. Link met Olson – de logica van gevestigde belangen
In The Logic of Collective Action beschreef Mancur Olson hoe gevestigde belangen, zodra ze macht hebben, hun positie gebruiken om de koek naar zichzelf toe te trekken. Ze worden steeds beter in lobbyen en in het beschermen van hun eigen privileges, en steeds slechter in het dienen van het algemeen belang.
- In de tekst hierboven zie je exact dat patroon: een monopolist (Google, Facebook) start met iets aantrekkelijks voor de massa (fase 1), maar zodra de positie veilig is, verschuift de focus naar het uitmelken van gebruikers en klanten (fase 2 en 3).
- Het is hetzelfde mechanisme als bij Olsons “special interest groups”: hoe langer de macht bestaat, hoe minder waarde naar de samenleving gaat, en hoe meer naar de insiders.
2. Link met afroming – van waardecreatie naar waarde-extractie
In je blogs over afroming beschreef je hoe systemen in eerste instantie waarde creëren om klanten te trekken, maar na verloop van tijd vooral waarde afromen.
- In de tekst wordt dat letterlijk zichtbaar in de overgang van fase 1 naar fase 3: waarde voor gebruikers → waarde voor zakelijke klanten → waarde terughalen voor aandeelhouders/CEO’s.
- Het “zoekresultaten slechter maken zodat je meer advertenties ziet” is puur afroming: de dienst verslechtert opzettelijk, omdat het verdienmodel dan meer oplevert.
3. Link met het model van optimale extractie
Jouw model van optimale extractie (uit de economie van grondstoffen en monopolies) zegt:
“Een monopolist zet de prijs (of in dit geval: de kwaliteit) zo dat de winst maximaal wordt, niet de klanttevredenheid. Te veel uitknijpen leidt tot uitstroom, te weinig uitknijpen is gemiste winst.”
- In digitale markten betekent dat niet per se dat de prijs omhoog gaat, maar dat de gebruikservaring verslechtert tot net vóór het punt dat mensen massaal vertrekken.
- Dat is precies wat de tekst beschrijft: Google maakt zoekresultaten slechter, maar net niet slecht genoeg om je naar Bing te laten overstappen — zeker omdat de switch-kosten hoog zijn.
4. Het voorspelbare maar onzichtbare proces
Je eigen observatie uit eerdere blogs (“logisch en voorspelbaar, maar we zien het niet aankomen”) past hier perfect:
- De fasering van enshittification is even onvermijdelijk als de fasering van een oliereservoir dat tot de laatste druppel wordt uitgeknepen.
- Mensen herkennen het pas achteraf, wanneer de kwaliteit merkbaar slechter is en de afhankelijkheid groot.
5. Systeemdenken: dezelfde curve in verschillende domeinen
Als je dit in jouw bredere rode draad plaatst, zie je dat:
- Olson → politieke en organisatorische logica van macht en rent-seeking.
- Afroming → economische praktijk van waarde-extractie uit markten.
- Optimale extractie → wiskundige logica van net genoeg over laten om de bron te laten voortbestaan.
- Enshittification → digitale uitvoering van hetzelfde mechanisme, versterkt door algoritmes, netwerkeffecten en hoge overstapkosten.
Het concept ‘enshittification’ (verkuttificatie) beschrijft hoe digitale platforms verslechteren en komt op in elke sector die digitaal wordt. Dit proces kent drie fasen:
- Fase 1: Goed voor eindgebruikers Platforms trekken gebruikers aan door aantrekkelijke diensten aan te bieden en leren hoe ze deze gebruikers kunnen vasthouden. Een voorbeeld is Facebook, dat in 2006 werd gepromoot als een platform dat de privacy van gebruikers niet zou schenden en alleen relevante content zou tonen. Naarmate meer mensen Facebook gebruikten, werd het moeilijker om te stoppen vanwege de sociale verbindingen (vrienden, familie, klanten, lotgenoten).
- Fase 2: Misbruik van eindgebruikers ten gunste van zakelijke klanten Platforms beginnen misbruik te maken van eindgebruikers, wetende dat zij zullen blijven, om zakelijke klanten beter te kunnen bedienen. Facebook loog bijvoorbeeld over het bespioneren van gebruikers en bood adverteerders gedetailleerde tracking aan om gerichte reclame te versturen.
- Fase 3: Teruggraaien van waarde In deze fase wordt waarde teruggehaald van zowel zakelijke klanten als eindgebruikers, tot er net genoeg overblijft om gebruikers met elkaar en zakelijke klanten met gebruikers te verbinden. Alle overgebleven waarde gaat naar aandeelhouders en CEO’s.
Gevolgen en risico’s van verkuttificatie:
Het platform wordt instabiel en staat op het punt in te storten, omdat de grens tussen ‘ik haat Facebook, maar ik kan niet weg’ en ‘ik haat Facebook, ik kom nooit meer terug’ minimaal is. Een enkel schandaal kan leiden tot een massale uittocht, wat paniek op Wall Street veroorzaakt waar platforms vaak hoog gewaardeerd worden op basis van groei. Een “draai” (of paniekvoetbal) zoals Zuckerbergs focus op de metaverse, is vaak een reactie op stagnerende groei.
Waarom verkuttificatie nu gebeurt:
- Falende antitrustwetgeving en gebrek aan concurrentie: Google mocht veel van zijn concurrenten opkopen, wat leidde tot een marktaandeel van 90% in zoekmachines. Toen de groei stagneerde in 2019, besloot een groep binnen Google (geleid door Prabhakar Raghavan) de zoekmachine opzettelijk slechter te maken – bijvoorbeeld door typefouten niet meer te corrigeren of minder relevante resultaten te tonen – zodat gebruikers vaker moeten zoeken en meer advertenties zien. Google wist dat gebruikers niet zouden weggaan omdat het bedrijf elk zoekvenster op elk systeem en elke browser had opgekocht. Slechte dingen doen wordt beloond in deze omgeving.
- Technologische controle en “prutsen”: Verkuttificatie manifesteert zich door het onzichtbaar aanpassen van algoritmische processen, zoals prijzen, kosten, zoekvolgorde en aanbevelingen, bij elk gebruik. Voorbeelden zijn verpleegkundigen die minder betaald krijgen via apps als ze hoge schulden hebben, omdat computers het mogelijk maken lonen continu aan te passen. IP-wetten (Intellectual Property) verbieden gebruikers om software te creëren die bijvoorbeeld voorkomt dat een printer controleert of er dure, merkgebonden inkt wordt gebruikt, zelfs als de printer en inkt van de gebruiker zijn.
- Hoge ‘switch-kosten’: Tech-bazen verhogen bewust de kosten die gebruikers moeten opgeven om van platform te wisselen. Facebook Photos is een voorbeeld: door gebruikers hun familiefoto’s te laten uploaden, maakt Facebook het moeilijk om over te stappen, omdat de pijn van het weggaan groter is dan het voordeel van een concurrerend platform. Hoe kwetsbaarder een gebruiker, hoe moeilijker het is om te stoppen.
- Machtsverlies van werknemers: Tech-werknemers, die voorheen veel macht hadden vanwege hun schaarste en productiviteit, verzetten zich aanvankelijk tegen verkuttificatie. Paradoxaal genoeg organiseerden ze zich niet in vakbonden toen ze sterk stonden. Tegenwoordig worden ze door bazen bang gemaakt met verhalen over AI die hun werk kan overnemen, waardoor ze minder durven te protesteren.
Oplossing en hoop:
Een nieuwe wereldwijde beweging en coalitie, die verder gaat dan alleen tech, ontstaat tegen ongelimiteerde bedrijfsmacht en monopolies. Deze beweging wordt gedreven door het falen van beleid en een ongekende groei van anti-monopoliewetgeving wereldwijd, waaronder in Europa met de digitalemarktenverordening. Dit kan uiteindelijk een einde maken aan de ‘verkuttificatie’.