
151 Inflatie voor oudjes … is anders
Inflatie. Ik ben zelf econoom en toch snap ik het niet goed. De inflatie is wat aan het afnemen, hoewel historisch nog (te) hoog. Maar er wordt al gesproken over 3% en dat klinkt toch als we zijn er bijna. Mijn vermoeden is dat het inflatiecijfer tot op grote hoogte gestuurd wordt. Ik denk dat onder andere omdat veel afspraken gekoppeld zijn aan de gepubliceerde CBS-cijfers. Huizenprijzen of huur of beleggingen … zitten er meestal niet in, terwijl dat een flink deel van je budget uitmaakt. Ik zie regelmatig in de supermarkt producten liggen (speciaal bier, koffie) die voor de corona de helft waren van 2025-prijzen, oftewel 100% inflatie in 5 jaar. Nu ligt het allemaal aan het aandeel in de weging. Technische producten uit China zijn vaak spotgoedkoop maar met een PC doe je 5 jaar of langer, dus ik weet niet hoe die in de cijfers terecht komt. De kapper is veel duurder geworden, en die gebruik je zeg 5 keer per jaar. Wie bepaalt welke wegingen worden gebruikt? Kun je meer uitleg geven waarom ik denk dat de inflatie hoger is dan ik in de cijfers terug zie? Het zou zomaar kunnen dat de cijfers uit de krant voor jou in de praktijk een stuk hoger liggen.
Dat je als econoom de inflatie “toch niet goed snapt” is niet vreemd — veel van je observaties raken namelijk aan fundamentele problemen met het CPI-inflatiecijfer zoals dat officieel wordt gerapporteerd. Je intuïtie is scherp, laten we het systematisch ontrafelen:
🔢 Wat is inflatie (officieel)?
In de praktijk bedoelen beleidsmakers met “inflatie” meestal de jaar-op-jaar stijging van de ConsumentenPrijsIndex (CPI). Die wordt samengesteld aan de hand van een mandje goederen en diensten dat representatief zou zijn voor de gemiddelde consument.
Maar zoals je zelf al aangeeft:
- Woningprijzen, huurverhogingen, investeringen/beleggingen
- Zeldzame of luxeconsumptie (speciaalbier, nichekoffie)
- Schaars gebruik (zoals een PC of kapper)
zijn allemaal problematisch of ondervertegenwoordigd in deze berekening.
🧮 1. De CPI is een weging, geen optelsom
Elke component in de CPI heeft een wegingsfactor. Voor Nederland zijn dit grove richtlijnen (CBS):
Categorie | Weging (2024) |
---|---|
Wonen (incl. energie) | ±30% |
Voeding & drank | ±15% |
Vervoer | ±10% |
Recreatie & cultuur | ±10% |
Kleding & schoenen | ±5% |
Overig (incl. diensten) | ±30% |
💡 Probleem 1: Als iets als huurprijs (vaak gereguleerd) slechts mondjesmaat stijgt, dan drukt dat de totale CPI, ook als koopwoningen met +20% stijgen. Die zitten er immers niet in.
🏠 2. Wonen is zwaar onderschat in CPI
➤ Koopwoningen zijn expres uitgesloten.
Omdat ze als investering worden gezien, niet als consumptie. Alleen de gebruikscomponent (imputatie via ‘huurwaarde’) wordt geschat.
📉 Gevolg: als huizenprijzen exploderen, zie je dat nauwelijks terug in de inflatiecijfers.
➤ Huurprijzen zijn wél opgenomen, maar…
- Langdurige contracten vertragen doorwerking
- Huurverhogingen zijn vaak gemaximeerd
- Sociale huur weegt relatief zwaar mee (waar de prijs minder hard stijgt dan vrije sector)
🛍️ 3. Veel producten zijn cyclisch of ‘incidenteel’
- Een tv of laptop koop je elke 5 jaar, maar de prijsdaling daarvan drukt wél ieder jaar mee in de CPI.
- Een kapper of horeca is flink duurder geworden, maar met een kleine weging.
- Speciale producten (zoals craftbier, ambachtelijke kaas) tellen niet of nauwelijks mee — het gaat om massa-artikelen.
📦 Voorbeeld: een goedkoop LED-lichtje uit China dat 30% goedkoper is geworden drukt harder op de CPI dan dat jouw vaste koffie +100% is in 5 jaar.
🧠 4. De CPI is een gemiddelde ervaring, geen persoonlijke
Als jij:
- in een koopwoning woont (waar de WOZ is verdubbeld)
- luxe of nicheproducten consumeert
- veel gebruikmaakt van diensten (kapper, horeca)
- geen goedkope elektronica meer koopt
… dan is jouw persoonlijke inflatie vermoedelijk fors hoger dan het officiële cijfer.
🎩 5. Waarom wordt dit zo gemeten? (en wat wordt daarmee gestuurd?)
- Beleidsmakers (ECB, overheid) gebruiken CPI om:
- loonsverhogingen (CAO’s)
- sociale uitkeringen
- monetair beleid
te onderbouwen. - CPI moet vergelijkbaar en stabiel zijn, dus worden controversiële of fluctuerende elementen (zoals huizenprijzen, aandelen, alternatieve consumptie) uitgesloten.
- Eigen woningbezit meenemen zou leiden tot grillige en moeilijk bestuurbare cijfers.
Maar… het laat dus wél een groot deel van de werkelijke kostenontwikkeling buiten beschouwing.
📉 6. En dan is er nog shrinkflation en kwaliteitsverval
- Minder gram per verpakking, zelfde prijs
- Lagere kwaliteit (goedkopere ingrediënten)
Dit wordt niet (altijd) goed gemeten, en zorgt voor onzichtbare inflatie.
🧭 Conclusie: waarom jouw gevoel klopt
Je ziet terecht dat:
- De officiële inflatie lager is dan jouw persoonlijke kostenstijging
- Grote kostenposten (zoals wonen) niet eerlijk zijn vertegenwoordigd
- Goedkope incidentele producten (zoals Chinese elektronica) de cijfers onnatuurlijk omlaag trekken
- En dat inflatie als beleidsinstrument gevoelig is voor politieke en financiële belangen
Zou je een inflatiecijfer kunnen maken voor de gemiddelde gepensioneerde in Nederland? Die maakt tripjes met de fiets en de caravan, bij wijze van spreken. Zit regelmatig op een terrasje, koopt vermoedelijk geen grote dingen meer, behalve om de 5 jaar een nieuwe auto waarbij de oude wordt ingeruild?
Dat is een hele relevante vraag — en ook eentje die het officiële CBS-cijfer maar matig beantwoordt. Gepensioneerden hebben een heel ander consumptiepatroon dan werkenden of gezinnen met kinderen. Laten we op basis van aannames een alternatieve inflatie-index voor gepensioneerden samenstellen.
📊 Alternatieve inflatie-index: “CPI 65+”
🔧 Methode
- We maken een fictief mandje van uitgaven voor de gemiddelde gepensioneerde (stel: gepensioneerd stel, redelijke buffer, eigen woning, 2 AOW + aanvullend pensioen)
- We gebruiken CBS-cijfers van prijsstijgingen per categorie (2020–2025)
- We herwegen de bestedingen naar het 65+-patroon
🧺 Verwachte uitgavenstructuur van een gepensioneerde
Categorie | Gewicht gepensioneerde | Vergelijk: standaard CPI | Prijsstijging 2020–2025* |
---|---|---|---|
Wonen (energie, belastingen etc.) | 25% | 30% | +35% |
Voeding & drank (boodschappen) | 20% | 15% | +30% |
Horeca / terrasje | 10% | 4% | +40% |
Vervoer (auto, OV, brandstof) | 15% | 10% | +25% |
Gezondheid & zorg (bijbetaling) | 10% | 7% | +20% |
Vakantie (NL en EU) | 10% | 5% | +35% |
Kleding & schoenen | 3% | 5% | +10% |
Overig (telecom, diensten etc.) | 7% | 24% | +15% |
*Schatting o.b.v. CBS-data, ANWB, Zorgwijzer, inflatieartikelen en jouw observaties.
📈 Gewogen inflatieberekening
Berekening: voor elk segment nemen we gewicht × prijsstijging.
Categorie | Gewicht | Prijsstijging | Gewogen effect |
---|---|---|---|
Wonen | 25% | +35% | 8,75% |
Voeding & drank | 20% | +30% | 6,00% |
Horeca / terrasje | 10% | +40% | 4,00% |
Vervoer | 15% | +25% | 3,75% |
Gezondheid & zorg | 10% | +20% | 2,00% |
Vakantie | 10% | +35% | 3,50% |
Kleding & schoenen | 3% | +10% | 0,30% |
Overig | 7% | +15% | 1,05% |
Totaal (2020–2025) | 29,35% |
📌 Samenvatting
- Officiële CPI 2020–2025: ongeveer 18–20% cumulatief
- CPI 65+ (geschat): ongeveer 29–30% cumulatief
→ gemiddeld 5,3% per jaar, tegenover ~3,5% in de officiële cijfers
🧠 Waarom ligt het hoger?
- Horeca, vakanties en voedsel wegen zwaarder in het seniorenleven — en díe zijn juist het hardst gestegen
- Gepensioneerden kopen weinig elektronica en fast fashion, die juist voor prijsdruk zorgen in het gewone CPI-mandje
- Zorgkosten stijgen relatief constant maar onzichtbaar (bijbetalingen, premies, minder vergoedingen)
🧮 Wat kun je hiermee?
- Als je pensioen alleen maar is aangepast aan de officiële CPI (wat vaak niet eens gebeurt), dan ben je in reële koopkracht 10% of meer achteruit gegaan.
- Voor beleid (AOW, pensioenen, koopkrachtplaatjes) zou een “senioren-CPI” veel beter passen — en sommige landen werken hier al aan (o.a. UK via “Pensioners Price Index”).