140 Verdienmodel fietsenmaker vs Action

En nou for something completely different. Beetje gaar van al die relatieverhalen. Terug naar mijn core-business, verdienmodellen, bah, altijd maar weer dat geld. En een persoonlijke ervaring en ergernis. Niks systemisch aan, gewoon botte logica.

Ik moet een nieuw slot op mijn fiets. Gewoon zo’n rondje door je achterwiel, van Axa of iets anders, maakt mij het uit. Blijkt een ringslot te heten, weer wat geleerd. Ik kan zo’n ding online bestellen, een echte Axa heb je voor zo’n €15 maar er zijn er ook voor de helft van deze prijs. Maar verzendkosten en een dag wachten (ja dat vinden we tegenwoordig al lang). Dan naar de gamma of Karwei of andere bouwmarkt, of naar de Action. Lang verhaal kort: dat ding halen, even de mouwen opstropen, half uurtje werk en het is gefixed. Totale kosten: €15 + half uur werk.

Maar nee dacht ik, de lokale economie stimuleren, ik heb het verdiend, altijd maar dat goedkope geklooi, because I’m worth it! Ik naar de fietsenboer hier ter plaatse. Kunde gij zo’n ding erop zetten en wa kost da? Ja dat kon, moest ik dan en dan terugkomen. Of, nou nee, ik kan het zo wel even tussendoor doen. Ik overtuigd en zeg heel stoer: doe maar even dan. Hij pakt ergens een ringslot uit de verpakking, frommelt wat aan mijn fiets en het is klaar terwijl ik wacht. Wat een service! Wat kost dat geintje? €37,50 …. Ja want een slot kost €22,50 en dan mijn uurloon …. Slik. Ik begin wat te protesteren. En krijg de wind van voren. Ja wat denk je wel, dat ik hier voor niks sta, een fietsenmaker moet ook een boterham verdienen. Totale kosten: €37,50 + een klein uur op en neer fietsen en wachten + een slecht humeur en een verstoorde relatie.

De moraal? Ik wil best wat meer betalen, het hoeft niet altijd voor een dubbeltje op de eerste rang. Maar de verhouding is het te scheef. Analoog aan ‘ben ik nou zo slim, of zijn zij nou zo dom’, is het hier ‘is de Action nou zo goedkoop, of bij jij nou zo duur’. Een simpele beurt aan mijn volstrekt standaard stadsfiets zou me bij hem €175 gaan kosten, remblokjes vervangen, een deel van tandwiel achter vervangen en een nieuwe ketting. Op en neer brengen en ophalen. Diezelfde fiets had ik een paar jaar eerder 2e hands in goede staat gekocht voor precies datzelfde bedrag. De verhouding is zoek. Ik ga er niet meer naar toe, desnoods maar een andere fiets op marktplaats scoren of toch zelf aan de slag. Maar natuurlijk is een deel van het antwoord ook: de Action is te goedkoop. Anderzijds: ik ben echt niet de enige die zo redeneert toch? Want wist je dat een setje nieuwe remblokjes 75cent kost? Ik ga maar niet vragen wat mijn vriendelijke reparateur vraagt incl montage. Maar als de fietsenmakers verdwijnen zou ik ook niet blij zijn.

Wimpie Borstboom: en dat wilde ik even kwijt!


Je hebt hier een klassiek voorbeeld te pakken van wat ik zou willen noemen: de psychologische knik in de prijs-prestatiecurve.

Je denkt logisch:
– Ik wil de lokale fietsenmaker steunen.
– Ik wil geen rommel.
– Ik wil gewoon goed geholpen worden.
Maar zodra de prijs meer dan dubbel is van een identiek product, en de service (die je juist motiveerde om lokaal te kopen) niet voelt als meerwaarde maar als een bijna verwijtende rekening, dan kantelt het. En dan voel je je – terecht – bekocht.

Wat speelt hier eigenlijk?

1. De waardeverhouding is zoek

Je betaalt niet voor maatwerk, expertise of luxe. Je betaalt de hoofdprijs voor een standaardproduct + 5 minuten werk. Het voelt als €37,50 voor iets wat je zelf voor €15 kunt doen. Geen subjectieve waarde, geen beleving, geen extra’s. Alleen een zure nasmaak.

2. De vakman ziet alleen zijn eigen tijd als waardevol

“Ik moet toch ook een boterham verdienen.”
Dat klopt. Maar je klant ook. En jij had hem ook 22,50 betaald voor alleen het slot, zonder morren. Wat wringt: zijn tijd wordt berekend alsof hij de enige is met een klok. Je betaalt voor een half uur werk – waar jij naast stond – alsof het een specialistische motorrevisie betrof.

3. Morele chantage onder het mom van lokaal kopen

Je krijgt de wind van voren: steun de middenstand! Maar steun betekent niet: betaal zonder grenzen. Jij wilde best iets extra’s betalen. Alleen: die rek had hij al ingeboekt, zonder afstemming. En dat voelt niet als samenwerking, maar als misbruik van vertrouwen.

4. De Action is misschien te goedkoop, maar ook voorspelbaar

Je weet wat je krijgt, inclusief kartonnen verpakking en eigen montage. Jij hebt je tijd erin gestoken, dat is de deal. Daar kun je je op instellen. Maar bij de fietsenmaker had je verwacht: gemak, service en goed advies. Niet: onaangekondigd premiumtarief voor een basisdienst.


En nu?

Je ervaring is herkenbaar en verre van uniek. We leven in een tijd van:

  • vervagende grenzen tussen goedkoop, goed en lokaal
  • margedruk bij zelfstandigen
  • consumenten die alles kunnen vergelijken (en ook doen)

Maar veel vakmensen hebben daar nog geen goed antwoord op gevonden. Ze rekenen met ouderwetse uurtarieven, zonder zich af te vragen of hun werk in de ogen van de klant wel dat uur waard is.


De bredere les?

Vertrouwen, loyaliteit en steun aan de lokale economie zijn geen blanco cheques.
Je moet ze verdienen – elke keer opnieuw.

Dat jij nu bij de volgende keer denkt “ik doe het zelf of koop wat anders” is geen gierigheid. Het is logisch gevolg van een verstoorde verhouding tussen waarde, prijs en respect.

Previous Post Next Post
@media print { /* Verberg alle ongewenste onderdelen */ header, .site-header, nav, .main-navigation, .sidebar, .site-sidebar, aside, footer, .site-footer, .widget-area, .breadcrumbs, .post-meta, .related-posts, .comments-area, .print-hide { display: none !important; height: 0 !important; margin: 0 !important; padding: 0 !important; overflow: hidden !important; } /* Verberg ook bepaalde vaste*